Stap één is het gesprek aangaan met uw kind en zijn schoolmentor. Waar heeft uw kind behoefte aan en wat heeft hij nodig aan extra ondersteuning? De school kijkt altijd eerst of zij zelf die ondersteuning kan bieden, bijvoorbeeld in de vorm van extra begeleiding in een kleine klas (maatwerk).
Om de meest passende hulp te kunnen bieden, moet de school een helder beeld hebben van de hulpvraag. Daarom maakt de school een ontwikkelingsperspectiefplan (OPP). Hierin staat wat uw kind nodig heeft, waar hij goed in is en wat hij lastig vindt. De school bespreekt het OPP met u en neemt uw zienswijze daar in op.
Is de ondersteuning op school niet (meer) voldoende, dan kan het SWV bijspringen. De mentor bespreekt de behoeften van uw kind met de zorgcoördinator van de school en die legt contact met het SWV. De orthopedagoog van het samenwerkingsverband denkt mee en adviseert over vervolgstappen.
Wilt u meer weten over de verschillende vormen van ondersteuning? Bekijk dan het volledige ondersteuningsaanbod.
Tijdens dit traject blijft de mentor uw eerste aanspreekpunt. Maar als ouder kunt u ook zelf contact opnemen met het SWV, bijvoorbeeld bij vragen over de ondersteuningsroute of als u advies wil over de plaatsing van uw kind op het VSO.
Het eerste aanspreekpunt voor ouders en leerlingen is de school. Als de ondersteuningsbehoefte van een leerling complexer wordt of jeugdhulp is aangesloten, kan het Samenwerkingsverband helpen om mee te denken over de meest passende oplossing voor ondersteuning. Voor ouders en jongeren die ondersteuning nodig hebben is het mogelijk om bij het Samenwerkingsverband advies te vragen. Als het reguliere onderwijs – ondanks alle inspanningen – niet meer in staat is om een leerling te begeleiden, dan kan hij of zij naar het voortgezet speciaal onderwijs (VSO). Het Samenwerkingsverband kan hiervoor de benodigde toelaatbaarheidsverklaring (TLV) verzorgen. Toestemming van ouders is hierbij niet verplicht. Een intensieve vorm van samenwerking tussen ouders en school is wel wenselijk en noodzakelijk.
Het Samenwerkingsverband kan de TLV pas afgeven als het Overleg Toewijzing Onderwijsondersteuning (OTO) een bindend advies heeft gegeven.
Voor leerlingen met een ondersteuningsbehoefte die om een speciale context vraagt is het mogelijk een toelaatbaarheidsverklaring aan te vragen bij het samenwerkingsverband. De school vraagt deze aan en wisselt daarvoor gegevens via Onderwijs Transparant. Een aanvraag voor een toelaatbaarheidsverklaring (TLV) komt altijd in samenspraak met leerling, ouders, school en kernpartners tot stand. Een aanvraag kan behandeld worden als de volgende documenten toegevoegd zijn:
Ouders kiezen voor een VSO-school met een passend aanbod. Soms is leerlingenvervoer nodig om gebruik te kunnen maken van het VSO. Leerlingenvervoer wordt geregeld door de gemeente waar het kind woont. Het Samenwerkingsverband kan bij een aanvraag betrokken worden voor advies.
Op de pagina Klachten & Bezwaren leest u alles over de procedure rondom klachten en geschillen.